B1-schrijven: waar gaat dat over?

B1-schrijven is een vereiste voor bijvoorbeeld verzekeraars die het keurmerk Verzekeren willen hebben. B1 correspondeert met een bepaald taalniveau: wie B1 schrijft, wordt door 95% van de bevolking begrepen. Dus niet zo: ‘U kunt de restitutie van de premie een dezer dagen tegemoet zien.’ Prima zin, maar geen B1. Dit is wel B1: ‘U ontvangt de premie binnenkort terug’. Het B1-taalniveau is beschreven door de Raad van Europa. De taalniveaus gaan van A (niet of nauwelijks beheersing van de taal), B (beginnersniveau) tot C (gevorderd).

B1-schrijven is meer dan gemakkelijke, moderne woorden gebruiken en het is al helemaal geen Jip-en-Janneke-taal. Dat wordt vaak gezegd, maar de B1-lezer zou zich daardoor beledigd voelen. B1-schrijven is een visie op communicatie, die inhoudt dat de taal zodanig moet zijn dat het voor zo veel mogelijk mensen in de maatschappij toegankelijk is. Het gaat over de hele boodschap en niet alleen om de zinnen en de woorden. De gedachte is dat B1-schrijven kan helpen affaires als die met de woekerpolissen te voorkomen. Nog een laatste voorbeeld dan: welke zin is B1 en welke niet? (a) Wij menen u erop te mogen wijzen dat regelmatige betaling een juridische verplichting is, die u bent aangegaan bij het afsluiten van het contract. (b) U hebt met ons een contract afgesloten. Het contract houdt ook in in dat u elke maand op tijd moet betalen; dit bent u verplicht.

Wij werken of hebben gewerkt voor de volgende opdrachtgevers: